360 Magazine

360 Magazine


Biologisch India

December 27, 2024
GettyImages 641940492

Het is niet eenvoudig om voedsel op een fundamenteel andere manier te gaan verbouwen. De Indiase deelstaat Sikkim koos de langzame en pragmatische weg – en dat wierp zijn biologische vruchten af.


In Pelling, een plaats in West-Sikkim in India met een prachtig uitzicht op de Himalaya-bergtop Kangchenjunga, laat Tsering Bhutia zijn blik dwalen over het veld achter zijn huis. ‘We verbouwen al jaren biologische zwarte kardemom,’ zegt hij. ‘Maar sinds een plaag mijn oogst heeft verwoest, denk ik erover om in plaats daarvan een bed and breakfast te beginnen…’ 

Een paar kilometer verderop strooit Rinchen Lama zelfgekweekte wormencompost uit over haar veld. Het spul komt uit een bak met wormen die compost maken van groente-, fruit-, tuin- en keukenafval. ‘De pompoenen die ik kweek zijn de allerlekkerste,’ zegt ze. ‘Maar mijn kinderen houden ook van andere groenten, dus die haal ik op de markt.’ 

Biodiversiteitsverlies

Sikkim werd in 2016 officieel volledig biologisch en won in 2018 wat velen beschouwen als de Oscar voor het beste overheidsbeleid: de Future Policy Gold Award van de FAO, de Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN. Maar uit bovenstaande verhalen blijkt dat het nog niet zo eenvoudig is om voedsel op een radicaal andere manier te gaan verbouwen. Toch is die verandering noodzakelijk: naar schatting is zo’n 52 procent van het wereldwijde landbouwareaal achteruitgegaan, soms ernstig, door monocultuur, het gebruik van chemische pesticiden en kunstmest, en het onttrekken van grondwater – en dat proces zal zich versnellen als deze praktijken niet veranderen.

De conclusie van een rapport van het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) uit 2019 luidde dat commerciële voedselproductie de afgelopen vijftig jaar wereldwijd meer biodiversiteitsverlies heeft veroorzaakt dan welke andere activiteit ook. 

Wat biologische landbouw betreft, staat Australië bovenaan de lijst met 53 miljoen hectare en is India met 4,7 miljoen hectare op grote afstand tweede (de VS, met 2,06 miljoen hectare, staat op de negende plaats). Niet veel landen en regio’s is het gelukt om over te stappen op een honderd procent biologische voedselproductie, omdat het lastig en in het begin ook duur is. Dit is hoe Sikkim slaagde waar Sri Lanka verschrikkelijk faalde. 

Het bleek dat meer dan 90 procent van de twee miljoen boeren in het land chemische meststoffen gebruikte

In 2021 kondigde de president van Sri Lanka, Gotabaya Rajapaksa, van de ene op de andere dag een verbod af op het gebruik en de import van chemische meststoffen en andere bestrijdingsmiddelen. Uit een onderzoek destijds bleek dat meer dan 90 procent van de twee miljoen boeren in het land chemische meststoffen gebruikte, en 85 procent voorzag een enorme vermindering van hun oogst als ze daar plotseling mee moesten stoppen. 

Samen met de hogere productiekosten was het verbod inderdaad rampzalig voor de voedselproductie. De overheid kon niet genoeg biologische meststoffen leveren noch voldoende bodemverbeteraars importeren om aan de behoeften van de boeren te voldoen. Daardoor daalde de productie van rijst (een belangrijk Sri Lankaans basisproduct) met de helft en die van thee, Sri Lanka’s grootste handelsgewas, met 18 procent. In 2022 dwongen voedseltekorten en een steeds nijpender valutacrisis de overheid om haar experiment met biologische landbouw stop te zetten. Volgens het Wereldvoedselprogramma leefde in 2023 nog steeds 17 procent van de bevolking van 22 miljoen in een situatie van voedselonzekerheid, wat een verbetering was ten opzichte van de 28 procent in 2022. 

Sikkim koos de langzame weg. In 2003 besloot de staat tien jaar de tijd te nemen om over te stappen op honderd procent biologisch. De vooruitzichten waren gunstig. Sikkim is de dunst bevolkte staat van India (86 inwoners per vierkante kilometer volgens de volkstelling van 2011, vergeleken met 828 in de Noord-Indiase deelstaat Uttar Pradesh). De voornamelijk zelfvoorzienende boerderijen waren, en zijn nog steeds, dun verspreid over bergachtig terrein, waardoor levering van anorganische meststoffen duur is. Daarom was het gebruik van zelfgekweekte organische mest en wormencompost heel normaal. Sterker nog, boeren in Sikkim gebruikten in 2003 al minder stikstof- en fosfaatmeststoffen: slechts 9,9 kilo per hectare bebouwd gebied, vergeleken met 172 kilo per hectare in Punjab en 150,4 kilo per hectare in Haryana. Het hielp ook dat de lokale bevolking de waarde van biologisch voedsel al begreep. ‘Als kinderen leerden we dat basti (lokale groenten) die zonder chemische toevoegingen door kleine boeren werden verbouwd, de beste groenten waren om te eten,’ zegt Renzino Lepcha, CEO van Mevedir, een biologisch agrarisch bedrijf en certificeringsbureau in Sikkim. ‘En we aten die liever dan geïmporteerde groenten.’ 

‘We hebben deze aarde geleend van onze toekomstige generaties…’

Niet geërfd, maar geleend

Het biologische traject van de staat begon in 2004 met een actieplan waarin de toenmalige premier Pawan Chamling schreef: ‘Wij hebben deze aarde niet geërfd van onze voorvaderen, maar geleend van onze toekomstige generaties. Het is onze plicht haar te beschermen door in volledige harmonie met de natuur en het milieu te leven.’ Dit verheven idee ging gepaard met pragmatisme: op dat moment werd er in eerste instantie alleen minder subsidie op kunstmest verleend (in 2014 werd deze volledig afgeschaft).

De regering van de staat ontwikkelde honderd modeldorpen waar biologische landbouw werd voorgedaan, en omdat de meeste mensen maar kleine stukjes land bezaten, werden boeren-producentengroepen aangemoedigd om gezamenlijk aanvragen in te dienen voor biologische certificering. De certificaten werden aanvankelijk toegewezen via certificeringsinstanties zoals Mevedir en later, vanaf 2015, via de nieuw opgerichte Sikkim State Organic Certification Agency.

Vanaf 2010 zou een centraal agentschap, de Sikkim Organic Mission, het biologische beleid van de staat uitvoeren. ‘We volgden veel trainingsmodules en leerden over diverse aspecten van biologische landbouw: hoe je meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen van koeienmest en urine maakt, combinatieteelt, gewasrotatie, compostering, enzovoort,’ vertelt Bhutia, de boer in Pelling. ‘Het meeste was goedkoop en gemakkelijk toe te passen.’ In 2016, toen de deelstaatregering en gecontracteerde instanties meer dan 75.000 hectare land hadden gecertificeerd, werd de staat 100 procent biologisch verklaard. 

Maar hoewel de overgang in een rustig tempo en goed gepland verliep, deden zich problemen voor.  

Handelsgewassen

In 2022 meldde 82 procent van de ondervraagden in een staatsbreed onderzoek van de Ashoka Trust for Research in Ecology and the Environment (ATREE), een non-profitorganisatie, dat ze hun basisvoedsel nog steeds van de markt of via het openbare distributiesysteem haalden. ‘En dat is niet per se biologisch,’ zegt Sarala Khaling, ecoloog en interdisciplinair onderzoeker bij ATREE. ‘Boeren verbouwen meer handels- dan voedselgewassen,’ zegt ze. Ze beschrijft de veranderende voedselvoorziening van de staat, die van invloed is op wat boeren kiezen om te verbouwen en niet te verbouwen. ‘Ik heb veel boerderijen gezien die verlaten waren door een gebrek aan economische levensvatbaarheid, klimaatonzekerheid, inkrimping van landbouwgrond en verlies van interesse in landbouw onder de jeugd.’ 

Deze afnemende interesse werd nog verergerd door een daling van de landbouwproductie tussen 2017 en 2020, en het gebrek aan landbouwinfrastructuur om de sector financieel aantrekkelijk te maken. ‘In 2006 begonnen we gember en kurkuma naar Nederland en Duitsland te exporteren,’ zegt Lepcha. ‘Maar bij gebrek aan koelingsinfrastructuur waren onze exportvolumes zo klein dat ze commercieel niet rendabel waren.’ 

Ook de politieke interesse in biologische landbouw is in Sikkim afgenomen. Bij de parlementsverkiezingen van 2019 verloor het Sikkim Democratic Front, onder leiding van de voormalige premier Pawan Chamling, van de Sikkim Krantikari Morcha. Chamling, een boer die vijf opeenvolgende termijnen premier van Sikkim was, had de overgang naar biologische landbouw in gang gezet en begeleid. De nieuwe deelstaatregering heeft andere prioriteiten, zegt Lepcha. ‘Vijf jaar geleden waren er op het Krishi Bhawan (ministerie van Landbouw) voortdurend vergaderingen, trainingssessies en seminars over biologische landbouw. Tegenwoordig zijn die er nauwelijks nog.’

‘Waar wij werken, kun je echt zien dat biologische landbouw de bodemkwaliteit en biodiversiteit heeft verbeterd’

Het goede nieuws is dat onderzoeken en veldwaarnemingen aantonen dat de kwetsbare bergecologie van Sikkim vandaag de dag floreert. ‘Waar wij werken, kun je echt zien dat biologische landbouw de bodemkwaliteit en biodiversiteit heeft verbeterd,’ zegt Lepcha. Mevedir werkt momenteel met dertig groepen boeren in drie districten in Sikkim. ‘De meeste boeren ervaren de positieve effecten van biologische methoden, en het helpt ook zeker dat zelfgeproduceerde bestrijdingsmiddelen veel goedkoper zijn dan hun chemische tegenhangers,’ zegt hij. 

Regenlandbouw heeft irrigatie minder noodzakelijk gemaakt en geleid tot besparing van water, een schaars goed in de Himalaya. Enkele rapporten melden een groei van de bijenpopulaties sinds 2014, waardoor de opbrengst van kardemom, die afhankelijk is van bestuivers, met meer dan 23 procent is gestegen. Het biologische aspect zorgt ook voor een toename van het wellnesstoerisme; het aantal toeristen in de staat is sinds 2016 met 25 procent gestegen. Khaling laat wel een waarschuwend geluid horen. Ze maakt zich zorgen over ‘het openen van de sluizen van een ecologisch kwetsbare zone voor massatoerisme’.

Hoewel de aandacht van de overheid voor biologische landbouw is afgenomen, zegt Lepcha dat boeren die aan Mevedir leveren nog altijd op die manier werken. Ook marginale boeren zoals Bhutia en Lama geven de voorkeur aan biologische landbouw.

Overgang

De unieke kenmerken van Sikkim – lage bevolkingsdichtheid, klein landbezit, veel natuurlijke hulpbronnen, historische prevalentie van biologische landbouw en vooral politieke wil – hebben het biologische traject vergemakkelijkt. Deze kenmerken maken het echter ook moeilijk om de biologische overgang te reproduceren, zo zegt G.V. Ramanajanegulu van het Centre for Sustainable Agriculture in Hyderabad. ‘Maar hoewel die overgang misschien niet helemaal succesvol was, is wel het bewijs geleverd dat als een overheid het wil, ze kan ingrijpen en de landbouw kan transformeren,’ stelt hij. 

Sikkim leert ons ook een andere belangrijke les: biologisch worden is veel meer dan alleen biologische landbouwproductiemiddelen gebruiken. Het is belangrijk hoe we verbouwen, maar ook wat we eten. Lama’s kinderen mopperen als ze weer pompoen voorgeschoteld krijgen, en in Mevedirs biologische groentewinkel in Gangtok ziet Lepcha een groeiende vraag naar exotische groenten en groenten van buiten het seizoen, zoals tomaten. ‘Zolang dit zo blijft, zullen verkopers in Sikkim zich genoodzaakt zien om te importeren vanuit andere delen van het land,’ zegt hij. 

Khaling en haar collega’s bij ATREE stellen dat het voor de transformatie beter zou zijn om alle principes van agro-ecologie (de complexe onderlinge relatie tussen mensen, voedselproductie, middelen van bestaan en milieu) in bredere zin te ondersteunen in plaats van zich alleen te richten op biologische landbouw. ‘Het Sikkim-model kunnen we optimaliseren door te zorgen voor meer water en landbouwgrond, door te eten wat we produceren, door biodiversiteit en dieren samen met boerderijen te laten gedijen, en vooral door landbouwmethoden toe te passen die de levens en levensstijl van de boeren zelf verbeteren,’ zegt ze. 

Ondertussen maken Lama’s kinderen stennis dat er weer pompoen op het menu staat, en voor de afwisseling koopt ze dan maar aardappelen op de lokale markt om er een curry van te maken. 

Geetanjali Krishna

De afgelopen twintig jaar reisde Geetanjali Krishna door India om verslag te doen van het milieu, klimaatverandering en wereldwijde gezondheid. In 2020 richtte ze samen met de in Londen gevestigde journalist Sally Howard The India Story Agency op. Ze is een van de tien journalisten wereldwijd die in 2023 werden uitgekozen voor een LEDE-fellowship van het Solutions Journalism Network, en ze is winnaar van de Global Health Security Grant 2021 van het European Journalism Centre. Recente bijdragen van haar zijn te vinden in The British Medical Journal, Reasons to be Cheerful, bioGraphic, BBC Future en Business Standard.