360 Magazine
Uruguay, een voorbeeld op het gebied van groene energie
In 2008, het jaar van de torenhoge olieprijzen, begon Uruguay aan een snelle overstap naar andere energiebronnen. Inmiddels wordt tot wel 98 procent van de elektriciteit in het land duurzaam opgewekt.
Het waren de eerste jaren van deze eeuw en wereldwijd gingen de prijzen van fossiele brandstoffen omhoog. Nadat de prijs van ruwe olie in de jaren tachtig een tijdlang had gefluctueerd en eind 2001 een dieptepunt van 20 dollar per vat had bereikt, verdrievoudigde hij gedurende de zes jaar daarna, totdat een nieuwe oliecrisis de prijs op 3 juli 2008 opjoeg tot een record van 145 dollar per vat. Uruguay importeert zijn olie, dus dat was een probleem.
De vraag naar energie was het jaar ervoor met 8,4 procent gestegen en de energierekening van de Uruguayaanse huishoudens steeg navenant. Onder de 3,4 miljoen mensen tellende bevolking groeide de onrust. Bij gebrek aan alternatieven zag president Tabaré Vázquez zich gedwongen tegen een hogere prijs energie te kopen van buurlanden, hoewel Argentinië, Uruguay en Paraguay een akkoord hadden gesloten om elkaar te helpen in tijden van nood.
Vázquez moest snel een beslissing nemen om uit deze val te ontsnappen
Vázquez moest snel een beslissing nemen om uit deze val te ontsnappen. Hij nam een onwaarschijnlijke adviseur in de arm, de kernfysicus Ramón Méndez Galain, die het elektriciteitsnet van het land zou omvormen tot een van de schoonste ter wereld. Momenteel komen aan het opwekken van elektriciteit in Uruguay vrijwel geen fossiele brandstoffen meer te pas. Afhankelijk van het weer is 90 tot 95 procent van de elektriciteit van het land van duurzame oorsprong. In sommige jaren werd zelfs 98 procent bereikt.
Het uitfaseren van fossiele brandstoffen was een van de hoofdthema’s tijdens de klimaattop in Dubai, eind vorig jaar. Na een week lang gespannen onderhandelen werd besloten om af te stappen van fossiele brandstoffen voor het opwekken van energie, al zijn lobbyisten, regeringen en milieuexperts het nog niet eens over de manier waarop die transitie moet plaatsvinden.
Een oplossing zou kunnen liggen in wat Uruguay de afgelopen vijftien jaar heeft bereikt.
Transitie
‘Ik had veertien jaar in het buitenland gewerkt en toen ik terugkwam was er die energiecrisis. Maar de enige oplossing die werd overwogen was de bouw van een kerncentrale, en verder niets,’ zegt Galain. ‘Ik was kernfysicus, dus ik had wel enige kijk op het probleem.’ Hoe meer hij zich in de kwestie verdiepte, des te sterker hij ervan overtuigd raakte dat kernenergie niet de oplossing was voor Uruguay. In plaats daarvan pleitte Galain voor duurzame bronnen. Hij publiceerde zijn bevindingen in een rapport en betoogde dat het land volledig moest inzetten op windenergie. Kort daarna werd hij gebeld met de vraag of hij de nieuwe Uruguayaanse minister van Energie wilde worden, zodat hij zijn plan ten uitvoer kon brengen.
Maar economisch gezien is het een Zuid-Amerikaans succesverhaal
Uruguay is een klein land dat zit ingeklemd tussen twee reuzen. Buenos Aires, de almaar uitdijende hoofdstad van Argentinië, ligt 50 kilometer ten zuiden van de monding van de Rio de la Plata, die een deel vormt van de grens tussen de twee landen, terwijl Uruguay in het noorden aan Brazilië grenst. In die context wordt het land gemakkelijk over het hoofd gezien. Maar economisch gezien is het een Zuid-Amerikaans succesverhaal. Het bnp per hoofd van de bevolking bedroeg in 2022 ruim 25.000 euro, volgens de Wereldbank het hoogste op het continent; slechts een fractie van de bevolking leeft in extreme armoede. Het land kent een snelgroeiende middenklasse, zo’n 60 procent van de bevolking, en de verwachtingen voor de toekomst zijn rooskleurig.
Door deze demografische verandering is de behoefte aan de verlokkingen van een moderne, eenentwintigste-eeuwse levenswijze toegenomen. Huizen worden uitgerust met was- en afwasmachines en airconditioning is de normaalste zaak van de wereld geworden, net als reusachtige flatscreen-tv’s en op internet aangesloten apparatuur. Voor dat alles is elektriciteit nodig. In de afgelopen tien jaar heeft Uruguay onder de bezielende leiding van Galain een vijftigtal windmolenparken geïnstalleerd, het elektriciteitsnetwerk CO2-neutraal gemaakt en het aantal waterkrachtcentrales opgevoerd.
Het ‘narratief’
Maar de grootste uitdaging was het veranderen van het ‘narratief’ over duurzame energiebronnen. Er bestonden in die tijd nog veel misvattingen over duurzame energie, zegt Galain: het was te duur, te instabiel en het zou tot meer werkloosheid leiden. Om alle lagen van de maatschappij mee te krijgen was het van groot belang om met andere verhalen te komen.
‘Niemand geloofde dat het ons zou lukken. We hadden nieuwe oplossingen nodig. We moesten dingen anders gaan doen,’ zegt Galain. ‘Vandaag de dag zeggen zelfs leden van het toenmalige kabinet tegen me: “Toen je die dingen in 2008 op tv zei, vroegen we ons af hoe we het moesten uitleggen als het zou mislukken.”‘
Volgens Galain was er een ‘sterk nationaal narratief’ nodig om het verduurzamingsplan te laten lukken. ‘Ik zei tegen mensen dat dit de beste optie was, zelfs als ze niet in klimaatverandering geloofden. Het is het goedkoopst, en niet afhankelijk van idiote schommelingen [in olieprijzen].’ Met dit verhaal probeerde de regering een sceptische bevolking voor zich te winnen.
Een van de aanvankelijke zorgen was dat er banen verloren zouden gaan in de energiesector. Maar in plaats daarvan werden er zo’n vijftigduizend nieuwe banen gecreëerd, een enorm aantal voor een land met zo’n kleine bevolking. Het idee van een ‘rechtvaardige transitie’, waarbij niemand zou achterblijven, kwam centraal te staan en sommige werknemers kregen een omscholingscursus om zich te kunnen aanpassen aan het nieuwe normaal.
Schaich zei tegen Revello dat de familieboerderij een locatie zou kunnen worden voor een windmolenpark
Ook anderen deden hun voordeel met de veranderingen. Santiago Revello (52) bezit een rundvleesboerderij in het binnenland van Uruguay, zo’n 280 kilometer ten noorden van de hoofdstad Montevideo. Vanwege de uitgestrekte weilanden is rundvleesproductie een van de belangrijkste inkomstenbronnen van het land. De boerderij was rendabel, maar in 2009 dacht de familie Revello erover het bedrijf te verkopen. Toen kwam Revello in contact met Fernando Schaich, de eigenaar van een voormalig energieadviesbureau die lucht had gekregen van de overstap naar duurzame energiebronnen waarop Uruguay inzette.
Schaich zag al van meet af aan kansen in het transitieplan. Zijn bedrijf had tot dan toe geld verdiend door mensen te adviseren hoe ze hun energieverbruik konden beperken, maar had inmiddels zijn aandacht verlegd naar windmolenparken. Schaich zei tegen Revello dat de familieboerderij een locatie zou kunnen worden voor een windmolenpark, en dat de bouw daarvan geen nadelige gevolgen hoefde te hebben voor zijn vee. Het tweetal stelde een contractvoorstel op en ging daarmee naar een projectontwikkelaar, maar tevergeefs. ‘Fernando was daar doodziek van,’ zegt Revello. ‘Hij zei tegen me dat ik maar met een ander bedrijf in zee moest gaan. Maar hij was altijd eerlijk tegen me geweest, dus ik zei hem dat het me niet alleen maar om geld ging.’
Momenteel biedt Revello’s boerderij plaats aan 22 windturbines, wat de familie flink wat neveninkomsten oplevert.
Logistiek
Toch is de groene transitie van Uruguay niet zonder slag of stoot gegaan. Een van de problemen was van logistieke aard, aldus Gonzalo Casaravilla, tussen 2010 en 2020 bestuursvoorzitter van het nationale energiebedrijf UTE. Buiten de steden zijn de Uruguayaanse wegen smal en er zijn maar weinig snelwegen. De onderdelen van windturbines daarentegen zijn allesbehalve smal, en het viel dan ook niet mee om ze op de plaats van bestemming te krijgen. Om zo min mogelijk overlast te veroorzaken bij de bouw van nieuwe windmolenparken werden er verrijdbare wegblokkades ingezet en werden de onderdelen in konvooien vervoerd.
‘Het was grappig. In het begin zeiden de technische mensen van mijn bedrijf: ho ho, voorzichtig aan. Anderhalf jaar later zeiden ze: oké, goed idee,’ zegt Casaravilla. ‘In het begin was er frictie, maar daarna konden we ons geen beter team wensen.’
De transitie valt niet bij iedereen in goede aarde. Af en toe klinkt er gemor van mensen die zich afvragen waarom hun energierekening niet is gedaald als duurzame energie ‘gratis’ is. Dit is een klacht waarover Galain zijn schouders ophaalt. ‘Mensen vragen zich af hoe het komt dat hun rekening niet lager is,’ zegt hij. ‘Maar in diezelfde periode is het armoedepercentage van 40 naar 10 gezakt en is extreme armoede bijna verdwenen. Mensen hebben nu airconditioning, iets wat ze eerst niet hadden, en ze verbruiken steeds meer elektriciteit.’
Het land is ‘gezegend door de natuur’ vanwege de sterke winden en een aanzienlijke hoeveelheid waterkracht
Xavier Costantini, partner van consultancybureau McKinsey in Montevideo, noemt het idee dat duurzame energie gratis zou zijn een misvatting. Er zijn onderhoudskosten, al zijn die relatief laag, maar het belangrijkste is dat de aanvankelijke investering moet worden terugverdiend. De vraag of de Uruguayaanse transitie een blauwdruk voor de wereld is, is niet eenvoudig te beantwoorden. Bepaalde kenmerken hebben het land voordeel opgeleverd, zegt Costantini.
Het land is ‘gezegend door de natuur’ vanwege de sterke winden en een aanzienlijke hoeveelheid waterkracht, waarvan het eventuele surplus soms aan Brazilië wordt verkocht. Een alternatieve energiebron als waterkracht is van vitaal belang om hiaten in een duurzaam elektriciteitsnet op te vullen, omdat wind en zon niet altijd voorhanden zijn.
Gunstige voorwaarden
Anders dan sommige andere landen in de regio is Uruguay politiek gezien erg stabiel, wat het volgens Costantini voor buitenlandse bedrijven aantrekkelijker maakte om er langetermijninvesteringen te doen. Ook was de invoerbelasting relatief hoog, wat als argument kon worden gebruikt om buitenlandse investeringen aan te moedigen.
Maar zulke gunstige voorwaarden zijn ook elders te vinden. In het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld beschikt Schotland over een aanzienlijk waterkrachtpotentieel. ‘Volledig CO2-vrij worden is kostbaar, maar je kunt een heel eind komen,’ zegt Costantini. ‘Volgens mij is er grote kans dat een land als het VK aan het eind van het komende decennium over een elektriciteitsnet beschikt dat in sterke mate CO2-vrij is, tegen een zeer concurrerend tarief.’
Uruguay is intussen begonnen aan wat de tweede transitiefase wordt genoemd. Bussen en overheidsvoertuigen worden geleidelijk geëlektrificeerd en ook taxichauffeurs worden aangemoedigd om over te stappen. Als dit goed uitpakt, kan het een wereldwijd voorbeeld zijn voor andere landen die hun economie CO2-vrij willen maken.